Afbeelding
Archieffoto: Bas Wilberink

Gemeente: meld initiatieven voor opvang vluchtelingen Oekraïne

Algemeen

ZWARTEWATERLAND - Het college van burgemeester en wethouders gaat onderzoeken in welke vorm vluchtelingen uit Oekraïne op kunnen worden gevangen in de gemeente. Daarom vraagt het college iedereen om initiatieven in de gemeente te melden. “We zijn onder de indruk van de initiatieven die nu al ontstaan vanuit de samenleving. Als gemeente willen wij een bijdrage leveren door deze initiatieven te faciliteren en coördineren”, zegt burgemeester Eddy Bilder.

Sinds de start van de oorlog in Oekraïne zijn duizenden Oekraïense mensen op de vlucht geslagen. Het kabinet wil dat alle 25 Nederlandse veiligheidsregio’s op korte termijn 1.000 Oekraïense vluchtelingen moeten opvangen. “De beelden van de duizenden vluchtelingen zijn schrijnend. Het is mooi om te zien hoeveel initiatieven uit de samenleving komen om deze vluchtelingen te helpen. Daar hebben we veel respect voor”, aldus Bilder.

De gemeente vraagt inwoners met lokale initiatieven voor opvang van vluchtelingen zich eerst te melden bij de gemeente. Dat kan op www.zwartewaterland.nl/oekraine. Met de lokale initiatiefnemers bespreekt de gemeente vervolgens de consequenties die deze opvang met zich meebrengt.

Binnen de Veiligheidsregio is afgesproken om de opvang van vluchtelingen uit Oekraïne in nauw overleg met elkaar te organiseren. Het college van burgemeester en wethouders van Zwartewaterland gaat daarom samen met betrokkenen uit de samenleving zoeken naar mogelijkheden om binnen bestaande initiatieven de benodigde opvang goed te organiseren.

Bij het organiseren van deze initiatieven wil de gemeente een coördinerende en facilitaire rol nemen. Bilder: “Er zijn nu al veel verschillende initiatieven. Als gemeente willen we zorgen voor een goede afstemming tussen deze initiatieven. Door de krachten op deze manier te bundelen, zorgen we ervoor dat de opvang in onze gemeente straks goed wordt georganiseerd. Op korte termijn, maar als dat door de omstandigheden in Oekraïne nodig blijkt te zijn, ook zeker voor de langere termijn.”