Afbeelding
Foto: Aangeleverd

Laatste politiecommandant Jelle van der Meulen arriveert in 1989 in een onrustig Genemuiden

(door Erik Driessen)

GENEMUIDEN - “Ik heb me wel even achter de oren gekrabd ja”, glimlacht Jelle van der Meulen als hij terugdenkt aan zijn beginperiode in Genemuiden. Hij arriveerde in 1989 als laatste postcommandant in de Tapijtstad en stuitte op onrust en brommeroverlast. Onlangs ging de geboren Zaankanter met pensioen. Hij kijkt terug op zijn periode in Genemuiden.

“Negen man, moet je nagaan…”, zegt Van der Meulen bijna vol verbazing over het oude bureau aan de Jan van Nassaustraat. Daar werkte hij samen met negen collega’s. Het is dik dertig jaar later bijna onvoorstelbaar dat alleen in Genemuiden al zoveel politiemensen werkten.

De tijd van een wekelijks spreekuur was nog lang niet aangebroken. “Nee, mensen liepen heel makkelijk het bureau binnen. Het contact met de bevolking was heel goed. Postcommandant was je bovendien 24/7. Mensen kwamen ’s avonds bij me thuis en spraken me aan in de supermarkt en de kerk. Maar dat vond ik nooit erg.”

Na een jaar Weesp, negen jaar Duivendrecht en zes jaar Bunschoten-Spakenburg koos Van der Meulen zelf voor Genemuiden. Hij woonde en werkte graag in een kerkelijke omgeving, verklaart hij die stap. Van der Meulen kwam als beste kandidaat uit een sollicitatieprocedure. “Ik weet nog goed dat burgemeester Rietkerk tijdens die gesprekken vroeg hoe ik de brommernacht op Koninginnedag wilde aanpakken. Die was destijds een beetje uit de hand gelopen. Jongeren reden om middernacht al door de straten en gingen door tot half acht. De bevolking pikte dat eigenlijk niet langer.”

En ondertussen was het ook regelmatig onrustig op het Havenplein. Vooral in de bouwvakantie was er overlast. “Samen met Rietkerk stelde ik een plan op dat uiteindelijk succesvol bleek. We vonden het belangrijk om veel met de jongeren in gesprek te gaan. Dat werkt altijd beter dan regels opleggen en zeggen dat ze zich daar aan moeten houden. We bouwden een goed contact op met de jongeren, waardoor de situatie genormaliseerd werd. Tijdens de Brommernacht begonnen ze pas om 04.00 uur en mochten ze alleen in het centrum rijden. De bevolking accepteerde daardoor het fenomeen ook weer”, vertelt Van der Meulen, die wel wat overeenkomsten ziet met de recente onrust in Nederland. “Al was het in Genemuiden natuurlijk veel minder heftig, maar soms werd het even te gek.”

Een grote reorganisatie binnen de politie veranderde de functie van Van der Meulen. “In 1993 kreeg ik ook Hasselt en Zwartsluis erbij. Dat was dus nog ruim voor de herindeling. Toen had ik ineens drie burgemeesters en drie gemeenteraden die je moest informeren. Die situatie heeft tot 1999 geduurd. Daarna kreeg ik een functie in Zwolle en de laatste jaren legde ik me daar volledig toe op explosieven en gevonden munitie. Ik kijk nog steeds met een goed gevoel terug op de periode in Genemuiden. Met als hoogtepunt dat we de situatie rond de brommers konden normaliseren.”

Van der Meulen en zijn gezin zijn dertig jaar na de komst ‘ingeburgerd' in Genemuiden. De politieman blijft hier daarom wonen. "Ik ga een jaar kijken wat er op me afkomt, maar wil uiteindelijk zeker niet op mijn handen gaan zitten. Op de een of andere manier wil ik me maatschappelijk dienstbaar maken”, klinkt het.