Afbeelding
Foto: Erik Driessen

Het tuinpad van mijn vader (7): Een rekenfout, een hart van goud en een verschrikkelijke rekstok

Erik Driessen beschrijft in de rubriek Het tuinpad van mijn vader (uit Het Dorp van Wim Sonneveld) wonderschone en spuuglelijke plekken in Zwartewaterland. Hij struint door Genemuiden, Hasselt en Zwartsluis op zoek naar jeugdherinneringen en bijzondere geschiedenissen.

Als ik in de zomermaanden op het terras van Renate en Edgar van de Vollenhoofsche Poort een lokale specialiteit nuttig, loop ik altijd even naar binnen. Ik krijg geen genoeg van een foto aan de muur.

Daarop staat de voorloper van het etablissement. Die was aan de overkant van de straat gevestigd bij de voormalige busremise. Een belangrijke locatie voor liefhebbers van een snack of een softijsje en voor mensen die wachtten op zo’n prachtige gele NWH-streekbus. Wonderlijk hoeveel chauffeurs uit die tijd nog in mijn achterhoofd rondrijden.

De foto brengt me ook terug bij een verjaardagsfeestje dat mijn moeder had uitgestippeld. Vanuit Genemuiden reden we met de halve lagere school naar Museum Schoonewelle en dat bezoek sloten we af bij het snackloket bij het busstation. Mijn moeder betaalde in mijn herinnering met 25 gulden en kreeg wisselgeld tot honderd gulden terug.

Die rekenfout van de familie De Vries drong zo ongeveer bij De Noorde tot haar door, waarna we met dezelfde halve lagere school terugfietsten naar Zwartsluis. Een hart van goud is meer waard dan een gevulde portemonnee.

Vrijdagochtend besluit ik nog even poolshoogte te nemen bij de locatie van het busstation. Van schaatskoorts heb ik zelf weinig last en dus hou ik geen rekening met blokkades en obstakels. Toch staan al voor 11.00 uur verkeersregelaars op de rotonde bij het Agnieten College. Ze houden schaatsgekken weg van Giethoorn en Belt-Schutsloot. Ik rij door tot Hotel Zwartewater en zie dat het verstandig is om daar de parkeerplaats op te rijden. De verkeersstroom vanuit de richting Hasselt is al niet meer af te kijken. Ik behoed mezelf voor een flinke file.

Een vriendelijke heer in een Japanse middenklasser gunt me een plekje in de rij, waarna ik weer koers zet naar de rotonde. Terwijl een verkeersregelaar automobilisten richting Vollenhove bonjourt, dwalen mijn gedachten af naar de busremise.

Ooit moesten alle geel-blauwe bussen plaatsmaken voor de Golden Earring. Rockers uit de wijde omgeving dromden samen om de Nederlandse rockhelden te zien. De ronkende gitaar van George Kooyman klonk onovertroffen. Hij maakte meer lawaai dan het volledige buspark van de Noordwesthoek bij elkaar. Ik heb wel eens gelezen dat eerder zelfs de legendarische Cuby and the Blizzards op deze locatie speelden. Rock’n roll in Nederland zullen we maar zeggen.

Ik rij langs het Agnieten College en vraag me af wanneer mijn zoontje eindelijk weer eens in de sportzaal kan kickboksen. Tegelijkertijd breekt me het angstzweet uit.

Ik denk terug aan Gerrit Koning die de verschrikkelijke rekstok, de angstaanjagende ringen en de zenuwslopende lange mat heeft klaar staan voor gebruik. Als die verschrikkelijke toestellen klaar stonden, werd ik opslag getroffen door een vreselijke knieblessure. Meer dan een één had de markante sportleraar nooit over voor mijn prestaties.

Bezwaar maken was belachelijk geweest.