Commotie na plaatsing glasvezelverdeelpunt bij jeugdsoos in Zwartsluis, vooral miscommunicatie
(vervolg van voorpagina)
En daar is Kisjes inmiddels ook achter. "Die mail is naar het algemene mailadres van de jeugdsoos gestuurd", vertelt hij. "Maar die gebruiken we al geruime tijd niet meer." Toch stond dat mailadres wel op de Facebookpagina van de jeugdsoos.
Kisjes noemt de situatie daarom een 'beetje dubbel'. "Er kwam geen reactie op de mail en toen zijn ze aan het werk gegaan. Maar wij moeten zelf ook het boetekleed aantrekken."
Voor de aanleg van het hok zijn geen bomen gekapt, zegt het bedrijf. "Wel is er bosschage verwijderd." Dat is inmiddels opnieuw besproken met de jeugdsoos en kabelbedrijf Delta Fiber. "Met de bouw van dit glasvezelverdeelpunt kunnen 3.200 huizen in Zwartsluis worden aangesloten op snel internet. Daarmee wordt wonen en werken in Zwartsluis weer een stukje aantrekkelijker", stelt het bedrijf.
Gelukkig was Kisjes er vorige week echter allerminst mee. Mogelijk had de soos in de toekomst op de locatie van de ‘kast’ nog een schuurtje neer kunnen zetten. “We moeten nu al creatief zijn met opbergen, omdat we geen bergruimte hebben.”
Dat gaat nu niet meer lukken, vanwege het verdeelpunt. “De vrijwilligers gaven aan dat er werd gezegd dat dit openbare ruimte is. Tja, dan hadden we de soos ook overal neer kunnen zetten. Dit stuit me echt tegen de borst.” Kisjes brengt in herinnering dat er, bij de plaatsing van de soos, hommeles was over die locatie. “En nu, zonder pardon, staat er ineens een kast naast."
Saillant detail is dat in de raadsvergadering onlangs de glasvezelaanleg nog ter sprake kwam. De aanleg van glasvezel op de Kamperzeedijk, en dan vooral het verloop daarvan, zat wethouder Maarten Slingerland niet helemaal lekker. “Dit nooit weer”, beloofde hij de gemeenteraad.
"We hebben heel veel geleerd van hoe de glasvezel is aangelegd op de Kamperzeedijk”, stelde Slingerland. Voor de gemeente Zwartewaterland was dat de eerste locatie waar glasvezel werd aangelegd. "En dat heeft erin geresulteerd dat we in het convenant hebben opgenomen dat wij van het bedrijf vergoedingen krijgen om toezicht te houden op de kwaliteit van het werken.”