120 uur taakstraf en 4.000 euro smartengeld na ruzie bij keet

(door Robert Jansema)

GENEMUIDEN - Een 28-jarige man uit Genemuiden heeft onlangs 120 uur taakstraf opgelegd gekregen en moet 4.000 euro schadevergoeding betalen aan zijn slachtoffer. In 2018 stompte de man een andere keetganger in het gezicht.

Op zaterdagavond 3 november werd bij een Genemuider jongerenkeet een feestje gehouden. Aan het einde van de avond, toen het slachtoffer op de taxi stond te wachten, ontstond een opstootje waarna het slachtoffer de verdachte bij de keel zou hebben gegrepen.

G.B pikte dat niet en zou het slachtoffer vervolgens met een volle vuist in het gezicht hebben geslagen. Het slachtoffer hield daar vier breuken in zijn kaak, twee losse voortanden, een scheur in zijn lip en een hersenschudding aan over. Na de hersteloperatie heeft het volgens de officier van justitie meerdere maanden geduurd voordat het slachtoffer weer aan het werk kon gaan.

Het slachtoffer zou in geestelijk opzicht nog altijd erg veel last hebben van de situatie. Dat heeft er ook mee te maken dat volledig lichamelijk herstel vermoedelijk niet meer zal intreden. Zelf kon het slachtoffer niet in de zittingszaal aanwezig zijn vanwege verplichte quarantaine.

De advocaat van de verdachte uit Genemuiden gaf aan dat zijn cliënt niet opzettelijk heeft geslagen. “Omdat hij bij de keel werd gegrepen moest hij die jongen van zich af duwen ter zelfverdediging. Daardoor is hij gevallen op de klinkers en ontstond letsel aan het gezicht”, aldus de advocaat. De officier van justitie kon daar eerder niet in mee gaan: “Dat dit een harde klap in het gezicht is geweest, blijkt ook uit getuigenverklaringen en het letselrapport dat is opgemaakt.”

De officier vond de tenlastelegging dan ook wettig en overtuigend te bewijzen. De advocaat bleef er bij dat B. niet opzettelijk heeft geslagen: “Mijn cliënt heeft nog nooit aan vechtsport gedaan, de kans is klein dat je met één harde klap zoveel letsel aanbrengt. Het is geen beer van een kerel.”

“Ondanks dat een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van maximaal 6 maanden passend zou zijn, zie ik dat verdachte verder een blanco strafblad heeft. Ook heeft B. een goede baan en geen specifieke problemen in zijn leven", stelt de officier.

"Er vanuit gaande dat dit een eenmalige en domme actie was, lijkt een voorwaardelijke celstraf van een maand met een proeftijd van twee jaar en een onvoorwaardelijke taakstraf van 180 uur mij op de plek”, concludeerde de officier van justitie tijdens een eerdere zitting. De rechter ging niet mee in de eis van 180 uur, maar legde 120 uur op.

Ook moet B. 4.000 euro betalen, ruim 1.000 euro minder dan de oorspronkelijke eis. Ongeveer de helft daarvan is materiële schade, zoals tandartskosten, de andere helft is smartengeld.