Afbeelding
Noa Blei

Grote namen

(door Jan Blei)

In ‘the early days’ krijg ik ieder jaar een ‘winterboek’. Verhalen, puzzels, tekeningen, strips en graphics die tot de verbeelding spreken. Ik gebruik de eerste blanco pagina’s als kladblok, om te tekenen dus.

Een drumstel, met op het vel van de grote trom de naam van the Beatles, het eiland Texel in de verte, schaatshelden op hoge noren, auto’s, schepen en vliegtuigen. Ik heb geen talent. Die eerste fase van het leven is magisch, alles gebeurt voor het eerst en opwindende gebeurtenissen worden ‘gebrandmerkt’ weggezet op het theaterdoek van ‘the mind’.

Ik heb dat vooral met namen van beroemde sporters. Sjoukje Dijkstra, maar meer nog haar concurrent Petra Burka. Het is vooral de naam Burka die de poorten van verzonken herinneringen open rukt. Dat zal ermee te maken hebben dat zij een sportieve bedreiging vormt voor Sjoukje (brandmerk gezet). Jaren later ploft Burka als een granaat tevoorschijn via YouTube, en slaat de schrik me alsnog om het hart. Bij de schaatsende mannen zijn het Per Ivar Moe, Johnny Nilsson en Fred Anton Maier. Ze zijn kort (maar hevig) ‘zondagmiddag-wintermateriaal’. Alleen al die naam van Per Ivar Moe; zo angstaanjagend mooi, bijna mythisch. Ik ervaar de man als een absolute angstgegner.

Rondetijden noteren met de krant op schoot, samengeknepen billen bij de rondjes van onze vaderlandse helden: Rudie Liebrechts, Henk van der Grift, Kees Verkerk, Ard Schenk, Peter Nottet, Eddie Verheijen, Jorrit Jorritsma, Jan Bols en vele anderen. Absolute legendes.

Wie kent dat zondagmiddag-gevoel niet, de maandag met al z’n verplichtingen in aantocht, maar nog net even genieten van de prestaties van onze sporthelden, en grenzeloos balen wanneer ze onverhoopt het onderspit delven in de strijd. Nog wat vergeten namen waar verpletterende herinneringen omheen hangen. Voetbal: Gento, Di Stefano, Puskas, Lev Yashin, Eusebio, Pele, Coluna, Sandro Mazzola, Altafini, Masopust, Uwe Seeler, George Best, Helmuth Haller, Bobby Charlton en noem ze allemaal maar op.

Jarenlang heb ik Europa Cup bladen van de Revue verzameld en bewaard. Op een gegeven moment heb ik ze weggedaan. Nu kan ik mezelf wel een dreun verkopen dat ik ze niet netjes in een doos heb gelegd en weggezet op zolder. Al die namen en heroische daden: foetsie. Zo gaan de dingen. Met het klimmen van de jaren, groeit de behoefte om terug te kijken en de magie van die eerste levensfase terug te halen. Internet is dan een blessing zonder weerga. Niets blijkt verdwenen. Anton Geesink wint weer goud, Sjoukje Dijkstra danst haar pirouettes op het ijs, Ada Kok zwemt de vlinderslag nog net zo hard, en Rensenbrink schiet in de finale tegen Argentinie, vlak voor tijd, zomaar weer tegen de paal. YouTube heeft het allemaal bewaard.

Man man!