'Als de landbouwsector krimpt, dan komt de voedselvoorziening in gevaar'
(vervolg van voorpagina)
Met het rapport van afgelopen maandag heeft de landbouwsector weer een messteek gekregen, vindt geitenhouder Zeilemaker. En er zijn al zoveel rapporten verschenen. “Ze zeggen weleens dat boeren vrij leven. Nou, dat vrije leven is er wel af.”
En dat zit ‘m al in de hele kleine regeltjes. “Bijvoorbeeld een trekker voor de optocht met Koningsdag. Wie is er verantwoordelijk? En we moeten elke bezoeker die hier komt registreren. Dat haalt de nostalgie eraf.” Zijn vrouw Lydia beaamt dat. “Je wordt echt een gesloten bedrijf.” In de omgeving van Zwartewaterland valt het nog wel mee, volgens Bas. “Maar in Den Haag, waar de regeltjes vandaan komen, is het anders. Daar groeien de mensen er niet meer mee op.” En dat komt, volgens hen, ook door de regelgeving. “Hobbymatig dieren houden, dat kan gewoon niet meer. Overal waar je nu koeien ziet, zijn het grote koppels. Mensen zien daarom weinig koeien meer.”
Veel van de huidige regelgeving is terug te voeren op de stikstofproblematiek: Nederland stoot teveel stikstof uit, zo is de redenering. “Maar ik zie stikstof niet als een probleem”, betoogt Bas. “Want als ik hier rondkijk in de natuur en in de sloten, dan zie ik geen problemen.”
Volgens de rapporten zouden er rond de stal geen salamanders kunnen leven. “Want daarvoor stoten we teveel stikstof uit. Maar er leven hier wel reptielen naast de stal. Onze oudste zoon loopt hier rond met bakjes vol reptielen.”
Veel van die rapporten zijn, zegt Bas, gebaseerd op onwetendheid. “Het probleem van ons als landbouw is dat wij meetbaar zijn. Dat is in de loop der jaren door de regelgeving ingecalculeerd. Maar alles is op een berekening gebaseerd en men vindt dat dat te hoog is.”
Zo ook het PBL, dat de aanbeveling doet om álle landbouw uit Overijssel te laten verdwijnen. “Wat willen ze dan?”, vraagt Lydia zich af. “Als alle boeren weggaan, hebben ze enig idee wat voor impact dat heeft?” Volgens Bas is er al tijden sprake van leegloop op platteland. “En dat creëer je alleen maar meer, op deze manier.” Terwijl Nederland de landbouw nodig heeft, weet hij. “Wij, als primaire sector, zijn de motor van de economie met export van producten. Mensen krijgen misschien het idee dat er sprake is van een overproductie om mensen elders op de wereld van voedsel te voorzien. Maar krimpen wij hier, dan komt de voedselvoorziening in gevaar. Nederland is al geen zelfvoorzienend land meer. Mocht alle import wegvallen, kan Nederland zijn eigen burgers niet meer voeden.”
Dat de boeren weggaan uit Overijssel, is volgens het echtpaar Zeilemaker dan ook geen optie. "Als we weggaan, dan ben ik benieuwd hoe het landschap er na een jaar uit gaat zien. Ik kan me niet voorstellen dat Nederlanders dit als zoete koek slikken.”