Afbeelding
Foto: Gerard Meijeringh

Wethouder Gerrit Knol als initiatiefnemer over project suïcidepreventie: "Geef mensen hoop"

(door Enrico Kolk)

ZWARTEWATERLAND - Het is een groter probleem dan verkeersongevallen, rekent wethouder Gerrit Knol voor. "Als je nagaat dat er in 2020 in totaal 1825 personen aan suïcide zijn overleden, dat is drie keer zoveel als het aantal verkeersslachtoffers." Hij plaatste het onderwerp op de GGD agenda. Een project, uitgevoerd door de GGD, krijgt de komende jaren een vervolg.

"We hebben het nog niet over de 50.000 pogingen per jaar, daar zitten mensen bij die wel worden opgenomen in het ziekenhuis. Zo groot is het onderwerp", zegt Knol. "En wat mij zwaar weegt is de impact die zelfmoord of poging heeft op de naaste omgeving. Want als je diegene kent, dan ga je je dingen afvragen: 'Wat was mijn rol? Wat had ik daaraan kunnen doen?'. Hoe dichterbij, hoe groter de impact is."
Vandaar dat hij er, vanuit zijn functie als wethouder mee aan de slag gegaan is. "Velen kennen voorbeelden in de omgeving en dat hakt er enorm in", merkt hij op. "Dus toen we in 2018 hierover zaten te praten, zei de GGD: 'laten we het oppakken'. Samen met een medewerker is toen een projectplan opgesteld."

De GGD (wat overigens staat voor Gemeentelijke GezondheidsDienst, Knol zit daar als wethouder in het dagelijks bestuur) maakte er voor twee jaar een project van. "Daar kwam een projectleider voor en het is aangesloten bij 113-Zelfmoordpreventie", vertelt de wethouder. "Het heeft een enorm vliegwieleffect meegebracht."

Doel van het project was, onder andere, de taboesfeer doorbreken. "Want het is beter om het bespreekbaar te maken dan erover te zwijgen", weet Knol. "Alleen, hoe ga je dat gesprek voeren? Daar hebben we aan gewerkt." Ook is het project erop gericht om eventuele suïcidale gedachten en uitingen beter te signaleren. "En dan te zorgen voor een snellere doorgeleiding naar hulp", vervolgt de wethouder, die voorzitter werd van de stuurgroep van het project.

Een succes, vindt Knol. "Je zag hoeveel er loskwam, er kwamen positieve reacties op. In elke gemeente is een soort gatekeeperstraining geweest, poortwachters dus. Dat was bedoeld om het onderwerp bespreekbaar te maken. Ik ben erbij geweest en je zit dan met 10 tot 15 mensen vanuit verschillende gremia. Hoeveel verhalen er dan loskomen, dat lijkt wel op een olievlek." Ook werd er een film uitgebracht waar veel aandacht voor was. "En er is een samenwerking ontstaan met nabestaanden en slachtofferhulp."
De tijd voor het project zit er eigenlijk nu op. "Binnenkort stopt ons project, maar dat willen we niet en daarom is er een nieuw projectplan opgesteld. We zien dat gemeenten dit onderwerp zo belangrijk vinden, dus er komt een coördinator voor verschillende gemeenten om het te begeleiden. Ik ben er heel blij mee."

De drive van Knol om zich met dit onderwerp bezig te houden is 'met name hoop', zegt hij. "Een mens die geen hoop meer heeft, die heeft geen toekomst. Het is zo belangrijk dat mensen hoop hebben. Er wordt weleens gesproken over geloof, hoop en liefde. Liefde is het belangrijkst en geloof leef je uit, maar over hoop wordt weinig gesproken. Mijn oproep is dan: zorg ervoor dat mensen hoop hebben, geef mensen hoop."