Windmolens en zonnepanelen in lokale handen
(vervolg van de voorpagina)
De erfmolens kunnen onderwerp worden van de gemeentelijke plannen voor de energietransitie. In het nog op te stellen duurzaamheidsbeleid wordt vastgelegd dat Zwartewaterland uitgaat van minimaal 50 procent lokaal eigendom en streeft naar minimaal 75 tot 100 procent lokaal eigendom bij projecten voor grootschalige opwek van duurzame energie op land of water.
Dat betekent dat minstens de helft van te bouwen windmolens en zonnevelden in handen zijn van lokale bedrijven of inwoners van Zwartewaterland. De gemeenteraad besloot donderdag opnieuw dat dat een vereiste is.
Kira Fijn (BGZ): "Dat doet recht aan de rondetafelgesprekken die er waren met inwoners. We streven naar 75 procent, maar er is geen twijfel over het vastleggen van minimaal 50 procent."
Zwartewaterland moet mee in de vaart der volkeren, merkte Klaas Eenkhoorn (PvdA) op. "Verschillende gemeenten zijn ons voorgegaan, die kunnen wat ons betreft als voorbeeld dienen. Het is een goede zaak dat minimaal 50 procent lokaal eigendom moet zijn."
Volgens Marc Ooms (ChristenUnie) past daarbij een stimulerende rol van de gemeente. "Het is goed om voorop te gaan. En inwoners kunnen zo meedenken, meepraten en meedoen."
Alfred Beens (SGP) merkte op dat de plannen 'goed doordacht' zijn. "Er kan nu gescoord worden op participatie en dat is niet afdwingbaar via ruimtelijke regels. Wanneer initiatiefnemer onvoldoende inspanningen heeft verricht om omwonenden mee te nemen, dan komt er het resultaat dat de gemeente niet meewerkt. Lokaal eigenaarschap is het middel voor lokaal zeggenschap."
De plannen zijn een stap in de goede richting, vond Martijn Riezebosch (CDA). "Lokaal eigendom is een goed middel om draagvlak te creëren. Als je uitkijkt op een mooie grote windmolen en hoe harder die draait, hoe hoger je maandsalaris, hoe mooier dat kijkt."
Dat is niet helemaal wat wethouder Harrie Rietman voor ogen had. "We moeten het er met elkaar over hebben hoe de gemeenschap deelt in het rendement", legde hij de raad voor. "En we moeten de kleinschalige mogelijkheden niet uit het oog verliezen."