Rotterdam

(door Jan Blei)

In de ‘dagen van ooit’ was Feijenoord de erfvijand van alles wat met 020 te maken had. De rivaliteit tussen beide clubs was nauwelijks na te meten. Als kind werd ik vroeg in het Ajax kamp getrokken, dat was de verdienste van Henny Leenman, waar ik hem nog altijd dankbaar voor ben. Ajax had de ‘Watergraafsmeer’ en het Olympisch stadion, Feijenoord had (en heeft) de Kuip.

Michels was de tovenaar die Ajax opstuwde in de vaart der volkeren. Met het debuut van Johan Cruijff, zo’n beetje de grootste klasbak die het vaderlandse voetbal ooit heeft voortgebracht, werd Ajax -ook in Europees verband- een ploeg om rekening mee te houden. In ’69 bereikten de Amsterdammers voor het eerst de Europacup 1 finale. Tegenstander was AC Milan. Ajax ging met 4-1 de bietenbrug op.

De namen van toen klinken nog altijd als muziek in m’n oren: Gert Bals, Wim Suurbier, Velibor Vasovic, Barry Hulshoff, Theo van Duivenbode, Henk Groot, Ton Pronk, Sjaak Swart, Inge Danielson, Johan Cruyff en Piet Keizer. We waren net verhuisd van de vd Meulenstraat naar hoekje Purperreigerlaan, en dit ventje was helemaal in de ban van het grote gebeuren.

Een jaar later slaagt Feijenoord erin om als eerste Nederlandse voetbalclub de Europacup 1 binnen te takelen. Dat werd hier met gemengde gevoelens begluurd; kinderachtig natuurlijk, maar je moet eerst oud worden om dat toe te kunnen geven. Een sportieve prestatie van formaat voor dit kikkerlandje aan zee.

Dan komen de jaren dat Ajax de toon zet in het Europees voetbal, en drie keer op rij de belangrijkste Europese beker mee naar huis neemt. In 1971 wordt Panathinaikos met 2-0 verslagen, een jaar later Internationale met 2-0, en het jaar daarop Juventus met 1-0. 

Knorrend van genoegen gaat jongetje Blei door het dorp; voetbal als belangrijkste bijzaak van het leven. Met Blankenburg, Krol, Haan, Mühren en Rep als toegevoegde waarden t.o.v. de ploeg die een paar jaar eerder werd afgedroogd door AC Milan. We zijn meer dan vijftig jaar verder: vijftig jaar ‘haat en nijd’ tussen Amsterdam en Rotterdam, met dit jaar eindelijk weer’s een kampioenschap voor Feijenoord.

En het moet gezegd: dik verdiend, met coach Arne Slot aan het roer. Een man die het spelletje van voor tot achter naar z’n hand weet te zetten, en de harten van alle voetballiefhebbers verovert. Nog altijd moet ik een ‘drempeltje’ over om Feijenoord te complimenteren, zal ongetwijfeld zo blijven, maar de scherpe randjes zijn er wel af. Bidden dat Rotterdam niet overkomt wat Ajax het afgelopen seizoen overkwam. Het vertrek van een peloton aan bepalende spelers, en wellicht de trainer.

Money rulezz!