Schrijfster maakt jeugdboek over Hasselts meisje in voormalig Zwartewaterklooster

Cultuur

ZWARTEWATERSKLOOSTER - Schrijfster Joke Eikenaar is momenteel bezig met de afronding van een jeugdboek (15+), waarin de connectie wordt beschreven tussen het voormalige Zwartewaterklooster en het klooster Klaarwater bij Hattem. Het is een fictief verhaal over een Hasselts meisje van dertien jaar, dat zich afspeelt in een context die zo veel mogelijk aansluit bij historische feiten. Daarvoor deed de in Wezep woonachtige schrijfster uitgebreid historisch onderzoek.

Eikenaar kwam op het idee voor haar verhaal, na haar eerder verschenen boek ‘De Vloek van Voorst’. Dat is een kinderroman, die zich afspeelt in 1361 in Zwolle. Ook hiervoor deed de schrijfster uitgebreid onderzoek. Daarbij stuitte ze onder andere op het voormalige Zwartewaterklooster en klooster Klaarwater. Ze ontdekte een connectie tussen de twee. “Nieuwsgierig als ik ben, ging ik op onderzoek uit.”

Moderne Devotie

Eikenaar ging terug naar de tijd van de Moderne Devotie, begin vijftiende eeuw. “Er was toen veel onvrede bij de burgers over de kloosters in het algemeen”, legt ze uit. “Deze waren zelfvoorzienend. De geestelijken deden daarom niet mee aan de handel die gedreven werd. Zelf verkochten ze wel producten. Zo hadden ze een eigen bierbrouwerij, graan en een moestuin. Maar al het geld dat ze verdienden, kwam niet meer terug in de samenleving. De kloosters waren rijk en hadden de burgers niet nodig. Daar waren de gilden niet blij mee.”

In de archieven vond Eikenaar het verhaal van een aantal nonnen dat zich in die periode niet kon vinden in de geestelijke koers van het Zwartewaterklooster. “Ze noemden het klooster onbehoorlijk en niet streng genoeg”, legt de schrijfster uit. “Ze wilden een eigen klooster stichten en kregen toestemming van de bisschop van Utrecht. Dat werd in 1414 Klaarwater, een logische naam. Daarmee bedoelden ze zuiver water, in tegenstelling tot het zwarte water van het Zwartewaterklooster.”

De protagonist in haar verhaal is het meisje Lot, dat in het begin van het boek dertien jaar is en aan het eind zeventien. Ze woont aan de Veerweg in Hasselt, aan de overkant van het Zwarte Water. Haar vader heeft daar een brouwerij. “Ze wordt door haar moeder gedwongen om in het Zwartewaterklooster te gaan”, legt Eikenaar uit. “Van haar vader hoeft dat niet, waarmee ik ook duidelijk wil maken dat er in die tijd vaders waren die vrij waren in hun opvoeding.”

Maar moeders wil blijkt wet, Lot gaat het klooster in. Dat gebeurt in de periode dat de nonnen hun plannen smeden om hun eigen klooster Klaarwater te stichten bij Katen, een klein dorpje tussen Zalk en Hattem. De rijke juffers kiezen Lot als zevende vrouw om de overstap te maken, een heilig getal. “Ik zal verder niet te veel verklappen, maar Lot weet uiteindelijk te ontsnappen uit het klooster.”

Geen historicus

Eikenaar is geen historicus, zegt ze zelf. “Maar ik hou wel van geschiedenis.” Omdat de setting van haar verhaal ruim zeshonderd jaar terug in de tijd gaat, is niet alle informatie met 100 procent zekerheid vast te stellen. Eikenaar baseert haar informatie daarom altijd op meerdere bronnen. “Maar je hebt best kans dat alle bronnen die ik raadpleeg uiteindelijk weer zijn te herleiden naar één bron. Ik probeer het daarom in mijn boek gewoon zo logisch mogelijk te houden.”

Wanneer haar boek ‘Het Zoete Water’ uitkomt, weet ze vanwege de huidige coronacrisis op dit moment niet precies.