Toegangsweg naar manege volgende week weer verlicht

Partnerbijdrages

GENEMUIDEN - De toegangsweg naar de Genemuider manege heeft medio volgende week weer verlichting. Daarnaast worden er nabij de Sportlaan nog eens twee extra lantaarnpalen geplaatst. Dat werd donderdagavond duidelijk tijdens de raadsvergadering. Het onderwerp was op de raadsagenda gezet na een brief van ouders van kinderen die paardrijden in de manege, over het ontbreken van verlichting op die plek.Het CDA was blij met een groot deel van de lantaarnpalen die wél branden op de aangrenzende Kamperdijk. “Het deel bij de kruising is goed belicht”, aldus Henk Selles. “Hetzelfde geldt richting het voetbalveld en de ontsluiting van het zwembad richting Tag. We zijn blij voor fietsers en wandelaars dat het daar goed verlicht is.”Echter over de toegangsweg naar de manege was hij minder te spreken. “Dat is een openbare weg die loopt naar het Varkensgat. In de oude situatie stonden daar drie lantaarnpalen, in het bezit van de gemeente. De vraag is of die drie lantaarnpalen weer in ere worden hersteld?” Flip Visscher van GemeenteBelangen wist te vertellen dat medio volgende week alles weer brandt en er nog twee extra palen worden geplaatst. Hij had ’s middags ter plaatse gesproken met iemand van het nutsbedrijf. Het onderwerp zorgde bij enkele fracties voor wat joligheid. “Het doet mij ontstellend veel deugd dat we in ieder geval twee heldere lichten hebben”, aldus SGP’er Johannes van den Berg. “Ik constateer tevens dat dit echt besturen op hoofdlijnen is.” En VVD’er John Smits: “Voortaan ieder keer als we ergens een lantaarnpaal plaatsen in de gemeente wil ik dat graag in deze raad bespreken, dat werkt wel.” Wat CDA’er Selles weer deed reageren: “We hebben het hier wel over de reconstructie van de Kamperdijk. En daar hoort verlichting bij. Die is vergeten, laten we eerlijk zijn. Dat heeft tot onaanvaardbare gevaarlijke situaties geleid.”Klaas van Olst (ChristenUnie) wilde tot slot nog weten wanneer de beloofde bushokjes op de Kamperdijk worden geplaatst. Het antwoord moest wethouder Visserman schuldig blijven.