Afbeelding
Foto: Koen Meijeringh

Gerards Coronakrabbels: Deel 39: Pinokkio

Sport

(door Gerard Meijeringh)

Het coronavirus regeert. Dikwijls beseffen we nauwelijks wat we meemaken en verlangen we terug naar de goede tijden waarin we leefden als ‘God in Nederland’. Een periode die nog maar even achter ons ligt, maar toch zo ver weg lijkt. In de huidige moeilijke periode probeer ik wat verlichting te brengen met een reeks ‘Coronakrabbels’. Over alledaagse dingen in de wondere wereld waarin het coronavirus voorlopig nog steeds de dienst uitmaakt.

‘Mark Rutte is een kijkcijferkanon’, klinkt uit de speakers van mijn Renault Megane wanneer ik op Goede Vrijdag onderweg ben naar de redactie. Het is de ‘Day After’. De dag na het historische debat over de mislukte verkenning. Om 3.00 uur ’s nachts ging ik eruit met de reactie van Rutte. “Ik ga m’n stinkende best doen om het vertrouwen terug te verdienen.”

Even terug naar donderdag. Een enerverende dag, waarbij het grote publiek een inkijkje krijgt in de Haagse politiek. Geert Wilders zorgt voor een vliegende opening. Hij gaat er met gestrekt been in. “Heel Nederland is door Rutte voorgelogen. Maar dit keer, na tien jaar regeren, heeft de waarheid hem ingehaald. Ga zelf naar een ‘functie elders'. Wegwezen", om even later een motie van wantrouwen tegen Rutte in te dienen. Het debat duurt vervolgens ruim dertien uur, waarbij de betrouwbaarheid van de demissionair minister-president centraal staat. Alles wordt erbij gehaald.

Tijdens het debat vraag ik me af of er überhaupt iemand rondloopt op deze aardbol die nog nooit heeft gelogen. Ik kan het me niet voorstellen. Ik vraag me af of ik zelf wel eens heb gelogen. De slogan van een Duits winkelbedrijf schiet me te binnen. ‘Natuurlijk wel’. Mijn gedachten gaan terug naar de beruchte 'Gele Kaart' op de MAVO. Hier werden alle cijfers op genoteerd, zodat de prestaties van de leerlingen op een overzichtelijke manier werden gepresenteerd aan de ouders. Maar ik probeerde dat te verijdelen. Mijn vader en moeder mochten het bewijs van mijn slechte schoolprestaties niet onder ogen zien en ik slaagde in mijn opzet. In een poging om mijn vertrouwde leven voort te kunnen zetten. Tevergeefs. Uiteraard kwam het uit. Of die keer toen ik als hevig verliefde scholier liever de school van mijn vriendin bezocht dan mijn eigen lessen te volgen. Ook dat kwam uit. Spijbelen, mijn ouders kwamen er zelfs voor op school.

Het doet me denken aan Rutte. Hij wordt nu gezien als de Pinokkio onder de politici. En dat heeft hij zelf in de hand gewerkt door niet de waarheid te spreken over zijn rol tijdens de verkenningsfase. Rutte wist het zich niet meer te herinneren. Een selectief geheugen? Het heeft er alle schijn van. In tien jaar Rutte is een patroon van leugens zichtbaar. Lange tijd kwam hij ermee weg, maar het houdt een keer op. De meeste leugens komen uit en dan moet je op de blaren zitten. Vergeten is alle toewijding die Rutte voor het land heeft gehad.

In plaats daarvan zie ik Rutte zoals ik hem nog nooit zag. Rennend vanuit de fractiekamer van de VVD naar de plenaire zaal. Het is zeldzame televisie. In mijn gedachten zie ik het hoofd van topsprinter Churandy Martina. "Mark, jongen, jij hebt je best gedaan. Alles komt goed", hoor ik hem zeggen met een lachend gezicht. Na zijn sprint ploft Rutte neer en ik zie dat hij moet bijkomen van zijn inspanningen. Hij moet zich moederziel alleen voelen in een Tweede Kamer vol opwinding. Gaat Rutte eindelijk het veld ruimen? Nee, weer niet. Hij overleeft ternauwernood een motie van wantrouwen. Wel krijgt Rutte een motie van afkeuring aan de broek. Sigrid Kaag (D66) voelt zich de grote winnaar en proeft de macht op Goede Vrijdag. De een z'n dood is de ander z'n brood. De woorden van SGP-leider Kees van der Staaij snijden eigenlijk het meeste hout. "Dit is een 'donkere vrijdag''", zegt hij. Wijze woorden.

Rijdend over de N50 gaan op Goede Vrijdag mijn gedachten terug naar een rennende Rutte en een hijgende Rutte in de Tweede Kamer. Mark heeft te lang niet getraind. Dat krijg je als de sport in de ban doet tijdens coronatijd.


Gerard Meijeringh