Verdwenen rietcultuur op kleine schaal terug in De Wieden

Partnerbijdrages

REGIO - Maaien van bladriet was tot de jaren zestig een aantrekkelijke bijverdienste voor riettelers in De Wieden. Daarna vielen de afzetmarkten weg en was met het oude ambacht geen boterham meer te verdienen. Vrijwilligers van Natuurmonumenten pakken momenteel het bijna uitgestorven rietlandbeheer weer op rond het Bezoekerscentrum in Sint Jansklooster.Helemaal verdwenen is het oude ambacht nog niet, vertelt Harm Piek, jarenlang in dienst bij Natuurmonumenten en nu als vrijwilliger betrokken bij de realisatie van een demolandschap rondom het Bezoekerscentrum. “Bij de Nieuwkoopse Plassen maait nog één ondernemer bladriet. Hij verdient 1,25 euro per bos, terwijl de laatste rietsnijders in De Wieden 1,05 gulden kregen. Na de Tweede Wereldoorlog tot eind jaren zestig was dit werk juist wel lucratief. Het bladriet uit De Wieden ging vooral naar het westen van het land, waar het als afdekmateriaal bloembollen tegen de vorst beschermde.”Medewerker van Natuurmonumenten Roelof de Jonge herinnert zich nog goed dat hij vroeger in de herfst met zijn vader bladriet maaide. “Dat deden we op rietland met weinig of kwalitatief minder riet en veel andere kruiden en planten. Op moment dat er nog blad aan zit, maaide je dat”, legt De Jonge uit. In tegenstelling tot vroeger heeft hij nu een machine tot zijn beschikking. Een aantal vrijwilligers voert dinsdag het oude ambacht nog wel handmatig uit. Ze binden het gemaaide riet tot bosjes die ze rechtop in het rietland zetten. Precies zoals vroeger. “Mooie cultuurhistorie…”, glimlacht Piek, met zijn fotocamera in de aanslag.Volgens Piek had het bladriet naast een economische waarde ook een ecologisch belang. “Het zorgde voor een afwisselend landschap. Op dat zogenoemde ruigteland groeiden andere kruiden en plantsoorten dan op het riet- en hooiland. En dat trok weer andere diersoorten aan. Bovendien ging het in de herfst maaien van bladriet ook de bosvorming tegen.”Dat de vaste groep vrijwilligers van Natuurmonumenten bij het Bezoekerscentrum aan de slag is, heeft te maken met de realisatie van een zogenoemd demolandschap. “We willen hier de verschillende beheertypen van De Wieden laten zien, ook als die al zijn uitgestorven. Bladriet mag daarbij niet ontbreken. Tot eind jaren zestig verdienden veel mensen in deze streek daarmee immers een goede boterham. Bovendien blijkt dat bladriet al eeuwenlang is gemaaid voor het afdekken van turfbulten, schuurtjes, aardappelkuilen en kuilgrasbulten. Vermoedelijk gebruikten agrariërs in de IJzertijd het zelfs al. Die cultuurhistorie moeten we hier een plek bieden.”Het vlonderpad langs het gemaaide riet is de hele winter geopend voor wandelaars.